Artikel aan winkelwagentje toegevoegd.
Artikel is uit het winkelwagentje verwijderd.
Klant heeft iets aan het winkelwagentje toegevoegd.
U moet een klant selecteren voordat u producten kunt toevoegen.
U kunt slechts een beperkt aantal van dit artikel bestellen.
Menu

In gesprek met .... Peter Klapwijk

Achteroverleunen tijdens zijn pensioen is niets voor Peter. Tuinbouw is zijn passie. En daar houdt hij zich maar al te graag mee bezig. Peter noemt zichzelf een mensenvriend, aandachtig waarnemer, luisteraar, creatief denker en strateeg. “Ik kijk, denk en voel mee in organisatie, marktontwikkelingen, innovatie en teeltprocessen.” Hij draagt een bak ervaring met zich mee, heeft nieuwe technieken en teelten zien ontstaan én aan meegewerkt. Hoe kijkt Peter terug? Hoe kijkt hij tegen ontwikkelingen aan? Wat houdt hem bezig? Je leest het hier.

De eerste vraag komt van Mariska Dreschler, Director Horticulture bij RAI Amsterdam, met wie wij de vorige keer in gesprek gingen: “Hebben we over tien jaar nog tuinbouw in Nederland?”

Peter: “Ja, er is nog tuinbouw in Nederland. Dat wordt kleinschaliger dan het nu is. Wereldwijd wordt tuinbouw steeds groter. Door de toenemende techniek groeien de mogelijkheden. Buitenlandse overheden zien steeds vaker de voordelen in van lokale tuinbouw.”

“We zijn hier in Nederland zo groot geworden omdat er simpelweg ruimte voor was, maar dat is geen verworven recht. Dat klinkt misschien wat negatief over Nederland, maar zo bedoel ik dat zeker niet. We hebben in Nederland een uniek niveau van kennis, scholing, onderwijs en onderzoek. Daar liggen in de toekomst ook nog steeds veel kansen. Die kansen hebben een ideële kant, maar ook zeker een zakelijk aspect.”

U draait al 45 jaar mee in de glastuinbouw. Kweken, ontwikkelen, ondernemen en adviseren, het is u allemaal bekend. Nog altijd bent u actief als teeltadviseur. Wat is een veel gegeven advies? Ofwel, wat een veelvoorkomende uitdaging van telers?

Peter: “Dat is een klassieker, namelijk: meten is weten. Het is essentieel voor bedrijven om een goede registratie te hebben en goed te meten wat er in hun kassen gebeurt. Ik ben in mijn carrière ingehuurd om in verschillende bedrijven de teelt recht te zetten. Bij iedere grote technische klus adviseer ik eerst om een degelijk dashboard aan te leggen. Zo kun je veranderingen in beeld brengen en op basis daarvan beslissingen te nemen. Gelukkig zijn er steeds meer middelen beschikbaar om goed te kunnen meten. Het gaat om het meten en vervolgens het analyseren van de resultaten, en dan actie ondernemen.”

Fotograaf: Robine Hillen

Fotograaf: Robine Hillen

Is dat vandaag de dag nog steeds zo, nu steeds meer tuinders met sensoren werken?

Peter: “Jazeker. Het is nog niet iets wat elke teler als basis heeft. Soms is er weerstand om eraan te beginnen. Waarom? Tja, het is lastig. Het vergt tijd. En telers hebben het vaak al ontzettend druk. Als een ondernemer de werking en het nut van een goed dashboard ziet, dan is hij direct overtuigd, maar daarvoor moet hij het eerst zelf ervaren. Natuurlijk zijn ‘groene vingers’ ook veel waard. Het is een én én verhaal. Je moet de groene vingers kunnen combineren met het onderbouwen van beslissingen op basis van data. Meten is weten, dat blijft toch wel de rode draad in mijn carrière.”

Energieneutraal gezonde voeding produceren is een belangrijk streven voor u, waarvoor u mensen en bedrijven inspireert en in beweging probeert te krijgen om samen de handschoen op te pakken. Wat is er volgens u voor nodig om dit te bereiken?

Peter: “Ten eerste is samenwerking is essentieel, want het is duidelijk dat er veel nodig is om energieneutraal gezonde voeding te kunnen produceren. Ten tweede is bewustwording van de urgentie nodig om écht vooruitgang te boeken. Dit bewustzijn moet ook in de afzetmarkt doordringen. Het produceren van duurzame voeding kan duurder zijn, daarom is het belangrijk om de consumenten bewust te maken van de voordelen ervan. Mensen moeten zien dat het niet alleen beter is voor henzelf, maar ook voor de wereld.”

“In de westerse wereld besteden we ongeveer 10% van ons budget aan voedsel, wat aanzienlijk is. Als we duurzaam geproduceerde producten zichtbaarder maken, zijn mensen waarschijnlijk bereid iets minder te consumeren en bewustere keuzes te maken. Het is belangrijk om het verhaal rondom duurzame voeding duidelijk en begrijpelijk te communiceren naar het grote publiek. Dit kan gebeuren via de sector, door samen concepten te ontwikkelen en pilots uit te voeren. Het hele verhaal moet kloppen, niet alleen op het gebied van energie, maar ook wat betreft arbeid, gezondheid en productkwaliteit. Het moet een gezamenlijke inspanning zijn, waarbij verschillende partijen betrokken zijn. Het bedrijfsleven kan niet alles alleen doen, ook de overheid speelt een rol. Samenwerking tussen beide partijen kan praktische oplossingen opleveren. Het is belangrijk om te investeren in bewustwording en gedragsverandering op alle niveaus.”

Wat doet de glastuinbouwsector zelf al om dit te realiseren?

Peter: “Initiatieven en werkgroepen in de branche zijn er al, maar het is tijd om concrete stappen te zetten en duurzaamheid daadwerkelijk te implementeren in het dagelijkse leven. Het kost tijd om gedragsverandering te realiseren. Het vertellen van een goed verhaal en het tonen van concrete voorbeelden kunnen hierbij helpen.”

“Zoals je ziet kan ik uren over dit onderwerp praten. Er liggen veel kansen om het streven naar energieneutrale gezonde voeding te stimuleren. Een verandering in mindset is nodig, waarbij duurzaamheid een integraal onderdeel wordt van onze dagelijkse activiteiten. Het is een kwestie van samenwerken, bewustwording vergroten en geleidelijk gedrag aanpassen. Met de juiste inspanningen kunnen we een positieve impact hebben op het klimaat en een duurzame toekomst realiseren.”

Glastuinbouwondernemers stappen massaal over op LED-belichting. Tomaten, komkommers, gerbera’s, chrysanten, kruiden, aardbeien, pot- en perkplanten, het groeit allemaal onder LED. Dat brengt de nodige teeltuitdagingen met zich mee. Hoe ervaart u deze massale overstap?

Peter: “Positief. Ik ben altijd meer van vooruit voetballen, dan achteruit voetballen. Het brengt uitdagingen met zich mee, maar ik geloof dat uitdagingen ons ook stimuleren om te groeien. Het grootste probleem is vaak dat er minder verdamping is, waardoor een plant minder voeding opneemt en minder groeit. Eén van mijn grootste leerlessen hieruit is dat verdamping heel belangrijk is. Dat wist we natuurlijk al, maar dat benadrukt deze trend nog maar eens.”

“Het is een kwestie van goed in de gaten houden en leren van de ervaringen. Soms moet je het totale plaatje opnieuw overzien en integraal naar de hele situatie kijken. Het is belangrijk om niet alleen op microniveau te blijven werken, maar ook op een overkoepelend niveau te denken. Het vereist moed om nieuwe benaderingen en omstandigheden te durven verkennen en de ervaringen van het verleden los te laten. Door te experimenteren, te leren en samen te werken, kunnen we de transitie naar LED-belichting succesvol doorlopen en een positieve impact hebben op de teeltindustrie.”

In 2006 bent u samen met een aantal partners het Improvement Centre in Bleiswijk gestart. Dit is nog altijd actief, nu onder de naam als Delphy. In 2013 heeft u uw aandelen verkocht. Op welke ontwikkeling of welk onderzoek kijkt u met trots terug?

Peter: “Dan schieten mij een aantal projecten te binnen. Het eerste is het project waarmee we als eerste 100kg tomaten per vierkante meter produceerden in een semi-gesloten kas. Daar ben ik nog altijd heel trots op. Ten tweede natuurlijk de ontwikkeling van Het Nieuwe Telen (HNT). Dat kan je ook niet op een andere plek doen als daar. Ook kijk ik met plezier en trots terug op de samenwerking met verschillende partners, zoals Koppert Biological Systems. Daar heb ik heel veel inspiratie uit gehaald.”

“Het was een geweldige tijd, maar op een gegeven moment voelde ik de behoefte om iets anders te gaan doen. Het Improvement Centre groeide, waardoor ik meer bezig was met beheren dan ondernemen. Ik wilde weer ontdekken, ontwikkelen en ondernemen. Daarom ben ik voor mezelf verdergegaan, maar nog altijd kijk ik terug op een fantastische periode. En ook nu kijk ik nog altijd belangstellend naar Delphy.”

Tot slot, de volgende kandidaat voor ‘In gesprek met’ is Rob Baan, eigenaar van Koppert Cress. Welke vraag wilt u hem stellen?

Peter: “Wat zijn volgens jou de belangrijkste punten waarop de Nederlandse tuinbouw moet innoveren, waar is nog winst te halen?”

Meer weten over de beste klimaatoplossing voor uw teelt?

Loading…